TO LIVE IS TO FLY
30 January - 5 April, 2025
Tim Van Laere Gallery presents TO LIVE IS TO FLY, a group exhibition featuring works by Armen Eloyan, Adrian Ghenie, Kati Heck, Hans Josephsohn, Friedrich Kunath, Jonathan Meese, Muller Van Severen, Francis Picabia, Pablo Picasso, Tal R, Ben Sledsens, Dennis Tyfus, Jean Tinguely, Inès van den Kieboom, Rinus Van de Velde, and Franz West. United by their ability to challenge artistic conventions, these artists engage in a dialogue across time and space. Through their works, opposites are harmoniously juxtaposed: abstraction meets figuration, the grotesque embraces beauty and humor intertwines with philosophical reflection. The result is a conversation between abstraction, surrealism, figurative art and contemporary practices.
The influence of early modernism resonates throughout the exhibition as the legacy of artists like Pablo Picasso and Francis Picabia continues to shape the boundaries of contemporary art. Picasso’s break from visual conventions echoes in the work of Tal R who reduces forms and colors to their essence to question traditional norms. Ben Sledsens builds on this legacy by distilling landscapes into utopian, paradisiacal visions while Friedrich Kunath explores similar tensions between abstraction and figuration with melancholic landscapes that weave universal themes such as love, loss and vulnerability with humor and pop culture. Together these artists merge abstraction and figuration into a dialogue that places the essence of the human condition at its core. Adrian Ghenie takes this exploration further with his fragmented bodies while Kati Heck reimagines figuration by blending realism and abstraction into suggestive often enigmatic compositions. The sculptures of Hans Josephsohn add a tactile dimension to this dialogue, reducing the human figures to timeless, powerful essences.
Where abstraction and figuration intersect, a rich tension arises between personal narratives and universal themes. Rinus Van de Velde constructs a complex fictional autobiography, creating a world in which he reinterprets art history as a framework for personal reflection. Inès van den Kieboom transforms personal memories into universal symbols, balancing intimacy with shared experiences. In contrast, Dennis Tyfus channels life’s absurdity into raw, visceral images where his figures wander through surreal often elusive landscapes. Armen Eloyan and Jonathan Meese explore a similar complexity in their own ways: Eloyan’s raw, expressive scenes strip elements of pop culture and cartoons of their childlike innocence while Meese’s sculpture takes on theatrical proportions where mythology, power and absurdity collide.
The sculptures of Franz West, Muller Van Severen and Jean Tinguely invite us to approach art in a new, interactive way blurring the boundaries between art and everyday life. Franz West breaks the traditional distance between art and audience by inviting viewers to actively engage with his sculptures. These objects transform into experiential artworks, extensions of our bodies and our neuroses, making art tangible, intimate and accessible. Muller Van Severen expands on West’s participatory principles exploring the potential of minimalistic forms as functional objects. Their work prompts reflection on the way objects can function and how they can shape our daily lives. Jean Tinguely brings a dynamic dimension to this dialogue with his moving constructions, transcending the static exhibition space. His kinetic artworks challenge the notion of art as a detached experience, integrating movement and interaction so that art can not only be viewed but also be lived and shared. By inviting the audience to participate actively these works reinforce the idea of art as a vibrant, dynamic experience that connects both artist and viewer. These works liberate art from passive observation, transforming it into something living, dynamic and intimately tied to everyday life.
TO LIVE IS TO FLY is a celebration of the complexity of life, expressed through the liberating power of art. As themes of transcendence, absurdity, existentialism and humor unfold, the exhibition becomes more than a presentation of works—it transforms into a journey through time, space and human consciousness. It invites us to escape the ordinary, to soar, to dream, to question and ultimately to fly.
Tim Van Laere Gallery presenteert TO LIVE IS TO FLY, een groepstentoonstelling met werken van Armen Eloyan, Adrian Ghenie, Kati Heck, Hans Josephsohn, Friedrich Kunath, Jonathan Meese, Muller Van Severen, Francis Picabia, Pablo Picasso, Tal R, Ben Sledsens, Dennis Tyfus, Jean Tinguely, Inès van den Kieboom, Rinus Van de Velde en Franz West. Verbonden door hun vermogen om artistieke conventies uit te dagen, gaan deze kunstenaars een dialoog aan over tijd en ruimte. Zo worden tegenstellingen harmonieus naast elkaar gepresenteerd: abstractie ontmoet figuratie, het groteske omarmt het mooie en humor gaat hand in hand met filosofische reflectie. Hierdoor ontstaat een dialoog tussen abstractie, surrealisme, figuratieve kunst en hedendaagse praktijken.
De invloed van het vroege modernisme is voelbaar in de tentoonstelling: kunstenaars zoals Pablo Picasso en Francis Picabia blijven de grenzen van de hedendaagse kunst beïnvloeden. Picasso’s doorbreking van visuele conventies vindt zijn echo in het werk van Tal R, die vormen en kleuren reduceert tot hun essentie om traditionele normen te bevragen. Ben Sledsens bouwt voort op deze erfenis door landschappen te distilleren tot utopische, paradijselijke voorstellingen terwijl Friedrich Kunath dezelfde grens tussen abstractie en figuratie onderzoekt met melancholische landschappen die universele thema’s als liefde, verlies en kwetsbaarheid combineren met humor en popcultuur. Deze kunstenaars brengen abstractie en figuratie samen in een dialoog, waarin de essentie van de menselijke conditie centraal staat. Adrian Ghenie gaat een stap verder met zijn gefragmenteerde lichamen terwijl Kati Heck figuren opnieuw uitvindt door realisme en abstractie samen te smelten tot suggestieve en vaak raadselachtige composities. De sculpturen van Hans Josephsohn voegen hieraan een tastbare dimensie toe door de menselijke figuren terug te brengen tot krachtige, tijdloze essenties.
Waar abstractie en figuratie elkaar raken, bloeit ook een rijk spanningsveld tussen persoonlijke verhalen en universele thema’s. Rinus Van de Velde schept met zijn fictieve autobiografie een complexe eigen wereld waarin hij de kunstgeschiedenis herinterpreteert en als een kader gebruikt voor persoonlijke reflectie. Inès van den Kieboom vindt universele symboliek in persoonlijke herinneringen, waarbij intimiteit en gedeelde ervaringen samenkomen. Dennis Tyfus daarentegen kanaliseert de absurditeit van het leven in rauwe, viscerale beelden, waarin zijn figuren zwerven door surrealistische, vaak ongrijpbare landschappen. Armen Eloyan en Jonathan Meese verkennen elk op hun eigen manier een vergelijkbare complexiteit: Eloyan doet dit met rauwe, expressieve scènes waarin elementen uit de popcultuur en cartoons hun kinderlijke onschuld verliezen terwijl de sculptuur van Meese theatrale proporties aanneemt waarin mythologie, macht en absurditeit met elkaar botsen en samensmelten.
De sculpturen van Franz West, Muller Van Severen en Jean Tinguely nodigen ons uit om kunst op een nieuwe, interactieve manier te benaderen waarbij de grens tussen kunst en dagelijks leven vervaagt. Franz West doorbreekt de traditionele afstand tussen kunst en publiek door kijkers uit te nodigen zijn sculpturen actief te gebruiken. Deze objecten worden ervaringsgerichte kunstwerken die fungeren als een verlengstuk van ons lichaam en onze neuroses, waardoor kunst tastbaar, intiem en toegankelijk wordt. Muller Van Severen bouwen voort op de participatieve principes van West, en gaan op zoek naar het potentieel van uitgepuurde vormen tot functionele objecten. Zo zetten ze de toeschouwer aan tot reflectie over de functionaliteit van objecten en hoe deze vorm geven aan ons dagelijks leven. Jean Tinguely voegt aan deze dialoog een dynamische dimensie toe met zijn bewegende constructies, die de statische tentoonstellingsruimte overstijgen. Zijn kinetische kunstwerken breken met de conventie van kunst als een afstandelijke ervaring en integreren beweging en interactie, waardoor kunst niet alleen bekeken, maar ook beleefd en gedeeld kan worden. De uitnodiging aan het publiek om actief deel te nemen in deze wereld van kunst versterkt het idee dat kunst niet enkel een passieve observatie is maar een dynamische, levende ervaring die zowel de kunstenaar als de toeschouwer met het werk verbindt. Deze werken bevrijden kunst van passieve observatie en transformeren het tot iets levends, dynamisch en direct verbonden met het alledaagse leven.
TO LIVE IS TO FLY is een viering van de complexiteit van het leven, uitgedrukt door de bevrijdende kracht van kunst. Terwijl de thema’s van transcendentie, absurditeit, existentialisme en humor zich ontvouwen, wordt de tentoonstelling meer dan een presentatie van werken—ze transformeert in een reis door tijd, ruimte en menselijk bewustzijn. Ze nodigt ons uit om te ontsnappen aan het alledaagse, om te zweven, te dromen, vragen te stellen en uiteindelijk om te vliegen.