PETER ROGIERS
Simple Plan
6 December, 2007 - 19 January, 2008
Simple plan is the title of Peter Rogiers’ second solo- exhibition at Tim Van Laere Gallery.
A simple plan refers at first sight to an elementary vision on the medium sculpture. The ‘labour’ process remains clearly visible in the sculpture, layer after layer, with as function the relation of the sculptures compared to its pedestal. Their colour and title are never anecdotal, but always linked, the title originates after the realisation of the works.
These sculptures seem even more modelled than the previous ones but carry an underlying well-studied structure.
The sculptures of Rogiers are often looked at by their position in perspective to the history of art. These interpretations are often done by a third party and by the artist only after the realisation process.
This way he emphasizes his interest in subculture and ‘l’art brut’ and it is an early memory of a few manneristic sculptures of Caius Gabiel Cibber in the Bethlem Royal Hospital in London, a remote source of inspiration for the artist. It is hard to define what is exactly ‘wrong’ with these marginal sculptures but it offers Rogiers much more possibilities than the official history.
Relatively fixed referrals are among others painters Mikhail Vroubel, Lovis Corinth, James Ensor, Louis Soutter, Georg Baselitz, Philip Guston, Gary Panter, Peter Saul and B- movies.
Rogiers thinks of himself as a traditional artist, ‘to break up things they first need a clear standard, sometimes you win by placing them in their original context and sometimes you break them up again, it is kind of a collage, assemblage.’
In his new sculptures, there is an obvious link to film and movement, by means of repetition of parts and place these in other sculptures, in another context as if these sculptures are one and the same personage and move as actors, dancers through the exhibition hall. Rogiers calls this repetition of elements ‘hybrid sculptures’.
Everything is ironic and playful, never with impartiality, a clash, conflict of opposite interests.
For the first time he exhibits some of his layered paintings standing in surprising dialogue with his sculptures. They lift each other to a higher plan.
Simple plan is de titel van Peter Rogiers zijn tweede solo-tentoonstelling bij Tim Van Laere Gallery.
Een simple plan verwijst op het eerste zicht naar een elementaire kijk op het medium sculptuur. Het ‘arbeids’-proces blijft in de sculptuur duidelijk zichtbaar, laag op laag, met als functie de relatie van de beelden ten opzichte van hun sokkel. Hun kleur en hun titel zijn nooit anekdotisch, wel altijd gelinkt, de titel ontstaat nadat de werken gerealiseerd zijn.
Deze sculpturen lijken nog meer gemodelleerd dan de voorgaande maar onderhuids dragen ze een weldoordachte structuur in zich.
De sculpturen van Rogiers worden dikwijls gezien door middel van hun positie ten opzichte van de kunstgeschiedenis. Deze interpretaties gebeuren echter veelal door derden en bij de kunstenaar na het realisatieproces.
In dit opzicht benadrukt hij zijn interesse in subcultuur en l’art brut en is een vroege herinnering van enkele maniëristische sculpturen van Caius Gabiel Cibber in het Bethlem Royal Hospital in Londen een verre inspiratiebron voor de kunstenaar. Het niet te plaatsen ‘foute’ van deze marginale sculpturen bieden voor Rogiers veel meer mogelijkheden dan de officiële geschiedenis.
Zo zijn onder andere ook de schilders Mikhail Vroubel, Lovis Corinth, James Ensor,
Louis Soutter, Georg Baselitz, Philip Guston, Gary Panter, Peter Saul en B-films relatief vaste ijkpunten.
Rogiers ziet zichzelf als een traditioneel kunstenaar, ‘om dingen op te breken moeten ze eerst een duidelijke standaard hebben, soms win je door ze terug in hun oorspronkelijke context te plaatsen en soms breek je ze dan terug op, in zekere zin is het zoiets als collage, assemblage.’
In zijn nieuwe sculpturen is er een duidelijke link naar film en beweging, door middel van herhaling van onderdelen en deze in andere sculpturen in een andere context te plaatsen, alsof de sculpturen één en hetzelfde personage zijn en zich als een acteur, danser bewegen door de tentoonstellingsruimte. Het herhalen van deze elementen noemt Rogiers ‘hybride sculpturen’.
Alles is ironisch en speels, nooit geobjectiveerd, een clash, conflict tussen tegengestelde belangen.
Voor het eerst toont hij enkele van zijn gelaagde schilderijen die in een verrassende dialoog staan ten opzichte van zijn sculpturen. Ze brengen elkaar naar een hoger plan.